
Bij een aanval op een VN-helikopter in Zuid-Sudan is een medewerker omgekomen. Twee andere VN-werknemers raakten zwaargewond. De aanval leidt tot oplopende politieke spanning tussen de overheid en rebellengroepen in het land.
Een team van de VN-missie in Zuid-Sudan (UNMISS) was in de oostelijke stad Nasir om overheidstroepen te evacueren. De missie was bedoeld om rust te brengen in de regio en verder geweld te voorkomen.
De situatie in het Afrikaanse land is al een tijd gespannen. Daardoor staat de vredesovereenkomst uit 2018 tussen vicepresident en voormalig rebellenleider Riek Machar en president Salva Kiir onder druk.
Deze week omsingelden militairen het huis van Machar in de hoofdstad Juba, als reactie op de inname van een legerbasis in het noorden van het land. Ook zouden de minister van Olie, politieke bondgenoten van Machar en een legerchef zijn opgepakt.
Rustig blijven
Vermoedelijk zat de gewapende rebellengroep het Witte Leger achter de inname van de basis. Die groep wordt door sommigen in verband gebracht met Machar. Bij de bezetting raakten een generaal en zijn troepen in de problemen.
De VN-evacuatiemissie van vandaag was bedoeld om de generaal en zijn overgebleven manschappen te redden, maar zij overleefden de aanval niet. Volgens de VN-radiozender Miraya zat het Witte Leger ook achter de aanval op de VN-helikopter.
“Ik vraag iedereen rustig te blijven”, schrijft president Kiir. “Onder mijn leiding zal de regering deze crisis doorstaan. We blijven toegewijd aan vrede.”
“Het aanvallen van VN-personeel is verwerpelijk en kan worden beschouwd als een oorlogsmisdaad”, schrijft UNMISS. “We rouwen om het verlies van onze dierbare collega.”
“We betreuren ook de dood van degene die we juist moesten redden”, aldus UNMISS. “Wij eisen dat er een onderzoek komt en dat de daders ter verantwoording worden geroepen.”
De VN-vredesmacht vraagt alle betrokken partijen om geen geweld te gebruiken en roept de leiders van het land op om met elkaar in gesprek te gaan om verdere escalatie te voorkomen.