Nog steeds weinig vrouwelijke muziekmakers, maar lichte vooruitgang zichtbaar

Nog steeds weinig vrouwelijke muziekmakers, maar lichte vooruitgang zichtbaar post thumbnail image

De positie van vrouwelijke muziekmakers is nog steeds significant minder goed dan die van hun mannelijke collega’s, al was er sprake van lichte verbetering in de afgelopen acht jaar. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van BumaStemra. Een belangrijke reden voor die trend is het toenemende aantal vrouwelijke rolmodellen in de muziekwereld.

Componist der Nederlanden Anne-Maartje Lemereis merkt dat er zeker nog sprake is van ongelijkheid. “Daar loop je als vrouw in de muziekwereld hoe dan ook tegenaan.” Maar ze ziet ook dat het langzaam de goede kant op gaat. In 2016 was 13 procent van de totale muziekmakers die aangesloten waren bij auteursrechtenorganisatie BumaStemra vrouwelijk. Dat is vorig jaar gestegen naar 16 procent.

BumaStemra beschermt de rechten van tekstschrijvers, componisten en muziekuitgevers en zorgt ervoor dat zij betaald krijgen voor hun werk. SENA regelt dit voor uitvoerende artiesten. Vooral onder jonge makers is het aandeel vrouwen groter. In de leeftijdsgroep van 19 tot 35 jaar is 23 procent vrouw, 6 procent hoger dan acht jaar eerder. In de leeftijdsgroep jonger dan 18 jaar is dit met 4 procent gestegen naar 31 procent.

“Er zijn prachtige stappen gezet, maar dit is niet de tijd om genoegen te nemen met een net-niet-positie”, zegt muziekjournaliste N’kia Landburg. “De focus ligt vaak op de weg die we als vrouwen hebben afgelegd, dat het soms bijna lijkt op: maar jullie hebben al een plek, waarom willen jullie nog meer?”, aldus Landburg. “Terwijl dat in feite gewoon niet zo is. We hebben vaak genoeg zichtbaarheid zonder inhoud.”

Inkomen

Het verschil in inkomsten tussen mannelijke en vrouwelijke makers is nog steeds heel groot. Mannen verdienen bijna drie keer zoveel BumaStemra-inkomsten als vrouwen. Dat komt niet door een verschil in tarieven, zegt woordvoerder van de organisatie Annabel Heijen tegen de NOS. “Onze tarieven discrimineren niet. Maar we hebben gekeken naar jaarinkomens en die verschillen zijn enorm.”

De organisatie gaat verder onderzoeken waar dat vandaan komt. “Het zou kunnen liggen aan hoe vaak een vrouwelijke artiest wordt geboekt ten opzichte van een mannelijke artiest”, aldus Heijen.

De muziekorganisatie ziet wel een stijgende trend. Van de top 100 vrouwelijke makers is het inkomen in de afgelopen acht jaar met 68 procent gestegen, terwijl bij de mannen het inkomen met 3 procent is gedaald.

Ook in de klassieke muziekwereld is er veel ongelijkheid zegt componist Lemereis. “Als je iemand vraagt zich een componist voor te stellen, is het antwoord bijna altijd een oude, zo niet dode, witte man.”

Zelf had ze vroeger niet het idee dat ze zelf componist kon worden. Langzaam ziet ze meer vrouwelijke rolmodellen om zich heen, maar niet overal. “Toen ik compositie studeerde, had ik twee vrouwen bij mij in de klas. Nu ik zelf lesgeef, heb ik één vrouwelijke student.”

Volgens Landburg kunnen mannen ook helpen, net als toen Hollywoodacteur Chadwick Boseman zijn salaris deelde met actrice Sienna Miller voor de film 21 Bridges. “Zo kunnen mannen en andere groepen in de industrie ook vechten voor een eerlijke verdeling.”

Vorige maand deed de Nederlandse artiest Frenna ook een oproep op sociale media voor een betere positie voor zijn vrouwelijke collega’s. “Vrouwen moeten tien keer harder rennen dan mannen”, schreef hij op Instagram. Hij zegt zich in te zetten hiervoor door meer vrouwen te boeken voor zijn festival 7fest. “Niet omdat ze het nodig hebben, maar omdat ze dat verdienen.”

Rolmodellen

Het grootste gedeelte (68 procent) van de vrouwelijke respondenten uit het onderzoek van BumaStemra ziet de muziekwereld nog steeds als een mannenwereld. Slechts een kwart van de mannelijke respondenten deelt die visie. “We hebben natuurlijk best wel succesvolle vrouwelijke artiesten als Roxy Dekker en Froukje, maar dat betekent niet dat vrouwen achter de schermen ook zo worden gerepresenteerd”, zegt BumaStemra-woordvoerder Heijen.

Jonge meiden zien wel meer rolmodellen, en dat zorgt langzaam voor een verandering voor makers. “Veel jonge meiden denken nu: Hé, dat kan ik ook”, aldus Heijen. In 2016 kon 11 procent van de vrouwelijke deelnemers aan het BumaStemra-onderzoek drie vrouwelijke rolmodellen noemen. Acht jaar later is die groep gestegen naar 35 procent.

Representatie en bewustzijn over de positie van vrouwen in de muziekwereld dragen bij aan de verandering. “Er moet representatie zijn totdat we op een punt komen dat we het geen representatie meer hoeven te noemen”, sluit Landburg af.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Related Post