
Het Centre Pompidou neemt vandaag tijdelijk afscheid van de permanente tentoonstelling. Tot 22 september zijn er enkel nog tijdelijke exposities te zien. Daarna sluit het museum vijf jaar volledig vanwege renovatiewerkzaamheden.
Centre Pompidou bezit een van de grootste collecties moderne kunst ter wereld. Het museum telt meer dan 120.000 kunstwerken van onder anderen Salvador Dalí, Frida Kahlo en Piet Mondriaan. Veel van deze stukken worden uitgeleend aan andere musea of worden opslagen in depots.
Vanaf eind 2026 opent het museum een nieuw gebouw in Massy, even ten zuiden van Parijs. Veel van de huidige kunstwerken zullen in dit nieuwe gebouw opgeborgen worden totdat ze hier over ruim anderhalf jaar tentoongesteld worden. Zodra Centre Pompidou weer opent, zal de topcollectie weer terugverhuizen naar het hoofdgebouw in Parijs. Het museum wil de locatie in Massy uiteindelijk gebruiken om de collectie verder uit te breiden.
Gratis
Jaarlijks trekt het museum ongeveer drie miljoen bezoekers. Afgelopen weekend opende het museum gratis de deuren, wat leidde tot lange wachtrijen van kunstliefhebbers die nog één keer het museum in oude staat wilden bezoeken.
De renovatie kost naar verwachting 262 miljoen euro. Tijdens de verbouwing wordt onder meer asbest verwijderd. Als alles volgens planning verloopt, gaat het museum in 2030 weer open.
Georges Pompidou
Met de opening van het museum in februari 1977 kwam een wensdroom van de Franse president Georges Pompidou in vervulling. Het museum was voor de president een prestigeproject om Parijs op de kaart te zetten als centrum voor moderne kunst. De bouw van het museum begon halverwege zijn presidentschap in 1972.
Pompidou overleed in 1974 terwijl hij nog in functie was, vijf jaar na de start van zijn ambtstermijn. De opening van het museum kon hij dus niet meemaken. Zijn presidentschap wordt gekenmerkt door zijn inspanningen om de hoofdstad te moderniseren, met het grote moderne kunstmuseum die zijn naam draagt als kroonjuweel.
Het gebouw zelf is erg opvallend, met een wirwar aan gekleurde pijpen en buizen aan de buitenkant. Het ontwerp werd aanvankelijk met afschuw ontvangen, maar wordt nu beschouwd als een kunstwerk op zich.