
Iwao Hakamada, een Japanner die bijna een halve eeuw ten onrechte vastzat in een dodencel, krijgt een schadevergoeding van omgerekend ruim 1,3 miljoen euro. Volgens zijn advocaten en Japanse media is dat een recordbedrag. De rechter die het bedrag toekende zei dat de man al die jaren “extreme mentale en fysieke pijn” heeft moeten doormaken.
Hakamada, nu 89 jaar, werd in 1968 ter dood veroordeeld voor het doden van zijn baas, diens vrouw en hun twee kinderen. Vorig jaar kreeg hij alsnog vrijspraak, toen een rechtbank oordeelde dat het bewijsmateriaal in de zaak nep was. Dat gevonden kleding met bloedsporen erop van Hakamada was, kon volgens de rechtbank niet hard gemaakt worden.
De Japanner kwam in 2014 vrij, tien jaar voordat hij definitief werd vrijgesproken. Hem werd destijds een nieuw proces gegund omdat er vermoedens waren dat er was geknoeid met bewijs.
Geslagen
Het lange proces heeft in Japan tot discussie geleid over het functioneren van het rechtssysteem. Ook de manier waarop verdachten worden ondervraagd ligt onder vuur. In Japan wordt een verdachte vaak onder grote druk gezet om een bekentenis af te leggen.
Hakamada ontkende destijds ook dat hij de moorden had gepleegd, maar zou later alsnog een bekentenis afleggen. Naar eigen zeggen gebeurde dat nadat hij was geslagen en ondervraagd in verhoren die tot twaalf uur duurden.
Hakamada leefde sinds zijn vrijlating bij een zus, die nu 91 is. Zij vocht tientallen jaren om zijn naam te zuiveren.