
“Japan en Nederland zitten op dezelfde golflengte”, zei premier Schoof vandaag in Japan tijdens een ontmoeting met zijn ambtgenoot Ishiba. Die beaamde dat knikkend. “We hebben vergelijkbare normen en waarden”, aldus Ishiba. Nederland is van plan binnenkort weer een oorlogsschip naar Japan te sturen, “en het is ook de bedoeling dat de F35-vliegtuigen hiernaartoe komen”, zegt Schoof tegen de NOS.
“Twee stabiele landen in roerige tijden”, zei de minister-president over de band met Japan. Alhoewel defensie veel ter sprake kwam vandaag, waren het echter de door de Verenigde Staten aangekondigde importheffingen op chips en chiptechnologie die als donderwolken boven het bezoek hingen.
Nederland en Japan behoren tot de weinige landen die de geavanceerde machines en materialen leveren waarmee chips worden geproduceerd. Maar ondanks hun sleutelpositie in de chipindustrie, lukt het beide landen nauwelijks greep te krijgen op het handelsbeleid van bondgenoot Verenigde Staten.
Importheffingen
De chipindustrie heeft al te maken met de algemene heffing van 10 procent, en daar komen mogelijk nog speciale heffingen bovenop. De VS kijkt daarvoor niet alleen naar chips, maar ook chipmachines en producten waarin chips zitten, zoals smartphones en andere elektronica. “Wij zijn beide afhankelijk van open en handel en vrijhandel en daar helpen importheffingen niet bij”, aldus Schoof. “Dus de beste importheffingen zijn importheffingen van 0 procent. Daar zijn wij het beide over eens.”
Hoe de aangekondigde heffingen van de VS er precies uit gaan zien is nog onduidelijk. Ook wanneer de heffingen precies komen is onzeker: Trump zei dat hij ze vorige week zou aankondigen, maar de Amerikaanse minister van Handel had het over “waarschijnlijk een maand of twee”.
Taiwan
De regering-Trump zet alles op alles om technologiebedrijven naar eigen bodem te lokken. Vooral Taiwan ligt daarbij onder het vergrootglas: het eiland is cruciaal voor de wereldwijde chipproductie. TSMC, de grootste chipleverancier ter wereld, kondigde vorige maand al aan 100 miljard dollar te steken in nieuwe fabrieken in de Verenigde Staten.
Tegelijk staat de productie op het eiland zelf onder druk. Chinese militaire oefeningen in de Straat van Taiwan maken de regio steeds instabieler. De wereldwijde afhankelijkheid van Taiwanese chips, essentieel voor smartphones, auto’s en AI, maakt elk militair incident potentieel ontwrichtend voor de wereldeconomie.
Alhoewel chipproducent TSMC meer gaat produceren in de VS, houdt het de productie van de meest geavanceerde technologie toch op eigen bodem. En dat doet TSMC met machines van ASML. Ook de Nederlandse maker voelt de druk van alle recente ontwikkelingen, en waarschuwde vorige week dat de aangekondigde heffingen leiden tot grote onzekerheid.
Rapidius
Het bezoek van Schoof aan Japan wordt daarom uitgebreid met een rondleiding, morgen, bij de nieuwe Rapidus-chipfabriek in Hokkaido. De fabriek is plots het middelpunt van de aandacht in de internationale chipindustrie.
Met grootschalige investeringen in de nieuwe chipmaker Rapidus probeert Japan zijn chipproductie weer nieuw leven in te blazen, ook met ASML-machines. Met steun van onder meer IBM en subsidies van het Japanse ministerie van Economie wil het bedrijf in 2027 starten met massaproductie van de meest geavanceerde chips ter wereld.
De samenwerking met Japan biedt strategische kansen voor Nederland. ASML is cruciaal voor de wereldwijde chipproductie, maar wordt steeds meer een speelbal van geopolitiek. Ook Japan is nog voor een groot deel afhankelijk van de Amerikaanse afzetmarkt. Daarom zoeken beide landen naar manieren om greep te houden op hun technologische kennis en productieketens, vooral nu China en de VS ieder op hun manier proberen de markt naar zich toe te trekken.
Diplomatie
Schoof benadrukte in Tokio het belang van diplomatie. “De enige reactie moet nauwere samenwerking met onze bondgenoten zijn.” Zijn bezoek past tevens in een bredere Europese strategie: geen confrontatie met de VS, maar constructieve onderhandelingen over uitzonderingen op de importheffingen.
Ook Japan heeft gekozen voor de diplomatieke route en probeert nu een evenwicht te vinden tussen Amerikaanse eisen en eigen economische belangen. Dat blijkt ook uit een gezamenlijke intentieverklaring die vandaag werd ondertekend, waarin Nederland en Japan toezeggen intensiever samen te werken op het gebied van technologische innovatie en vrije handel.