
Steeds meer gemeenten willen meedoen aan een proef om kwetsbare jongeren een jaar lang een basisinkomen te geven. Ze willen bijvoorbeeld jongeren die dak- of thuisloos dreigen te raken, helpen om hun leven weer op de rit te krijgen.
Maar het initiatief, dat afkomstig is van stichting het Bouwdepot, is volgens staatssecretaris Jurgen Nobel van Participatie en Integratie in strijd met de Participatiewet, waarin regels staan over bijverdiensten. Hij roept gemeenten op “zich met klem aan de wet te houden”.
In Hilversum stemde de gemeenteraad deze week voor het initiatief. “We zien hoe succesvol dit project is, ik geloof erin”, zegt wethouder Gerben van Voorden. Tijdens het project werken jongeren ook aan zelf gestelde doelen als het halen van een rijbewijs of opleiding, aflossen van schulden en het vinden van een woonruimte.
De aanpak zou in strijd met de wet zijn omdat mensen die onder de Participatiewet vallen niet zomaar mogen bijverdienen. Volgens het Bouwdepot is bijverdienen juist een cruciaal onderdeel van de proef. “Het geld dat deze jongeren krijgen, is om in basisbehoeften te voorzien. Werkervaring opdoen en kunnen terugvallen op een financiële basis als het tegenzit, helpt jongeren met oefenen op de arbeidsmarkt”, zegt directeur Marleen van der Kolk.
Een van de jongeren die hulp kregen via het Bouwdepot is Imane van 26. “Thuis had ik vaak ruzies die uit de hand liepen.” Ze komt uit een groot gezin, met een alleenstaande moeder en vijf kinderen. “Mijn moeder wilde dat ik vertrok en ik koos voor mezelf. Toen raakte ik dakloos.”
Ze belandde in verschillende opvangcentra en uiteindelijk op een plek waar ze begeleid woonde. “Dat was nodig omdat ik veel dingen vroeger nooit heb meegekregen. Hoe je met geld omgaat, het huis schoonhoudt of zelfstandig kan zijn.” Daar kwam ze in aanraking met het Bouwdepot. “Dat heeft mijn leven veranderd.”
Ruim 350.000 jongeren in Nederland groeien op in een kwetsbare situatie. “Allemaal jongeren die niet kunnen terugvallen op hun ouders of familie en vaak een complex zorgverleden hebben”, zegt Bouwdepot-directeur Van der Kolk. Hen helpen ziet zij als investering. “Ze krijgen hun leven op orde. Daardoor voorkom je erger en dus ook kosten voor bijvoorbeeld schuldhulpverlening of andere zorg.”
Tot nu toe zijn zo’n 200 jongeren geholpen via het Bouwdepot. Pilots van meerdere gemeenten en onderzoeken naar de aanpak laten positieve resultaten zien. In Eindhoven experimenteert de gemeente al langer en Amersfoort besloot er structureel geld voor vrij te maken.
Van der Kolk zegt dat de aanpak jongeren rust biedt. “Omdat ze de tijd kunnen nemen dingen uit te proberen die mogen mislukken. We zien dat veel jongeren na afloop beter in hun vel zitten, zelfstandig wonen en werken, en geen schulden meer hebben.”
‘Op het matje roepen’
Staatssecretaris Nobel vindt het positief dat gemeenten deze jongeren willen helpen. Tegelijkertijd benadrukt hij dat er aanpassingen nodig zijn bij het project. “En dat moeten we op landelijk niveau regelen. Anders wordt het verschil in de portemonnee tussen de ene en de andere gemeente veel te groot.”
Ook zegt Nobel dat deze aanpak een “selectieve groep helpt en een ander deel – dat misschien dezelfde problematiek ervaart – niet.” Hij is bereid gemeenten te helpen, maar zegt gemeenten op het matje te roepen die zich niet aan de regels houden.
Voor wethouder Van Voorden uit Hilversum verandert dat de zaak niet. “We zien een oplossing die werkt”, zegt hij. “De staatssecretaris moet met goede argumenten komen, wil hij zo’n mooi initiatief aanpassen of verbieden. Dat gesprek ga ik graag met hem aan.”
Wat betreft Imane moeten gemeenten hoe dan ook meer aandacht hebben voor kwetsbare jongeren. “Dit project gaf mij weer toekomstperspectief”, zegt ze. “Ik kon opeens geld sparen, hobby’s oppakken en door met mijn opleiding verpleegkunde. Ik kreeg weer vertrouwen in mezelf, dat had ik heel lang niet meer zo gevoeld.”